Werknemers die zich in opdracht van hun werkgever verplaatsen binnen België kunnen hierbij kosten maken. Als werkgever mag u deze kosten voor binnenlandse dienstreizen forfaitair aan uw werknemers terugbetalen. U mag zich hiervoor baseren op de verblijfsvergoedingen die de overheid aan zijn personeel toekent. Op 1 april 2020 werden de fiscale bedragen aangepast als gevolg van een indexaanpassing.

1. Fiscus
De fiscale forfaits zijn gekoppeld aan de spilindex. Door de overschrijding van de spilindex in februari 2020, werden de bedragen met ingang van 1 april 2020 aangepast als volgt:
maaltijdkosten (dagbedrag) maaltijdkosten (maandbedrag) huisvestingskosten
vorig bedrag € 17,06 per dag max. 16 x € 17,06 = max. € 272,96 per maand € 128,01 per nacht

nieuw bedrag € 17,41 per dag max. 16 x € 17,41 = max. € 278,56 per maand € 130,57 per nacht

Dagforfait voor maaltijdkosten
Wanneer een werknemer een binnenlandse dienstreis maakt en hierdoor maaltijdkosten heeft, kan een werkgever deze maaltijdkosten vergoeden door de toekenning van een dagforfait.

Hiervoor moeten de volgende voorwaarden wel cumulatief vervuld zijn:
• de verplaatsing duurt minimaal 6 uur;
• de werkgever of een derde mag op geen enkele manier de kost van de maaltijd op zich nemen (vb. toegang tot een bedrijfsrestaurant van de werkgever of een derde, een klant of leverancier voorziet een maaltijd, de maaltijd is inbegrepen in het inschrijvingsgeld van een opleiding,…);
• de verplaatsing geeft geen aanleiding tot enig ander voordeel om maaltijdkosten te dekken (vb. maaltijdcheques,…).

Maandforfait voor maaltijdkosten
Voor werknemers die regelmatig op de baan zijn, kan de werkgever er ook voor kiezen om te werken met een maandforfait. In dat geval geldt de voorwaarde dat de verplaatsing minimaal 6 uur moet duren niet.
De maandelijkse forfaitaire vergoeding is gelijk aan een aantal keer de dagelijkse forfaitaire vergoeding met een maximum van 16 keer de dagelijkse forfaitaire vergoeding bij een voltijdse tewerkstelling.
Het aantal dagelijkse vergoedingen is identiek voor de werknemers die dezelfde functie uitoefenen en wordt vastgesteld op basis van het gemiddelde van de voltijdse prestaties geleverd door deze werknemers tijdens het voorgaande jaar. Bij een deeltijdse tewerkstelling moet er een pro rata toegepast worden rekening houdende met het tewerkstellingspercentage van de werknemer.
In deze situatie gaat het om een vast forfait per maand dat gekoppeld wordt aan een bepaalde functie en niet aan het effectief aantal dienstverplaatsingen dat maandelijks door elke werknemer wordt afgelegd. Ook bij de toepassing van het maandelijkse forfait mag de werkgever of een derde de maaltijdkosten niet op een andere manier vergoeden.

Forfait voor huisvestingskosten
Wanneer een werknemer in België buiten zijn woonplaats moet logeren naar aanleiding van de uitoefening van zijn functie, kan een aanvullende dagelijkse forfaitaire vergoeding voor verblijfkosten (huisvesting) worden toegekend. Er moet wel aan volgende voorwaarden cumulatief voldaan worden:
• de verplaatsing geeft er geen aanleiding toe dat de werkgever of een derde de kost van huisvesting op zich neemt;
• de verplaatsing geeft geen aanleiding tot enig ander voordeel van dezelfde aard.

2. De RSZ
De RSZ hanteert andere forfaits voor de terugbetaling van gemaakte kosten voor binnenlandse dienstreizen van niet-sedentaire werknemers. Deze forfaits werden echter niet geïndexeerd op 1 april 2020.
De RSZ hanteert bijgevolg nog steeds de volgende forfaits:
• een baanvergoeding van € 10 per dag voor verplaatsingen van minstens 4 opeenvolgende uren en waarbij geen gebruik kan gemaakt worden van de sanitaire en andere faciliteiten van de werkgever;
• een maaltijdvergoeding van € 7 per dag voor verplaatsingen van minstens 4 opeenvolgende uren en waarbij de maaltijdkosten op geen enkele andere manier reeds ten laste worden genomen (vb. maaltijdcheques,…);
• een verblijfsvergoeding van € 35 per nacht indien een werknemer voor de nacht niet naar huis kan gaan.

Voor beide instanties gelden wel dezelfde regels inzake het cumulverbod. Zo mag een werkgever dezelfde kosten niet op basis van reële bewijsstukken én op forfaitaire basis aan de werknemers terugbetalen. Daarnaast moet de werkgeverstussenkomst in de maaltijdcheques ook afgetrokken worden van de dagelijkse kostenvergoeding wanneer de werknemers ook maaltijdcheques voor deze werkdagen ontvangen.

Als werkgever moet u bij het toekennen van een kostenvergoeding voor binnenlandse dienstreizen aan uw werknemers steeds rekening houden met zowel de fiscale regels als met de instructies van de RSZ hieromtrent.

Heeft u nog vragen? Wenst u meer informatie over dit artikel? Neem gerust contact op met de juridische dienst!